|
Maar de Here staat niet toe dat Jona zijn dienst weigert. Terwijl de profeet rustig ligt te slapen in het schip breekt een alles verpletterende storm los. Jona wordt overboord gegooid en door een vis weer op het juiste pad gezet. Daar gaat Jona, richting Irak. Hij is zendeling tegen wil en dank.
Jona trekt Ninevé in, de reusachtige metropool.
En waar Jona al bang voor was, gebeurt. Zijn onheilsprofetie blijft niet zonder gevolgen.
De Ninevieten komen tot bekering. 120.000 mensen hullen zich in zak en as. En de Here? Hij
ziet dat de mensen zich bekeren en Hij krijgt berouw. Tot grote ergernis van Jona. Wonderlijk is dat. Dat de Jere God zo enorm veel geeft om zijn opstandige schepselen. Hij gaf zijn Zoon! Hij heeft oog voor kleine mensen, zelfs de dieren ontsnappen niet aan zijn aandacht. Hij heeft geduld met Ninevieten, met Jona, met u, jou en mij, met de mensen om ons heen.
Ook wij hebben van God de opdracht gekregen om onze omgeving
te waarschuwen. We mogen onze buren wijzen in de richting van Gods liefdevolle armen. Elk
in onze eigen omgeving: het dorp of de stad waarin je woont. Jona kreeg van God een tweede kans. hij mocht het onwillige instrument zijn dat God voor zijn verlossende werk wilde gebruiken. God gebruikt zwakke mensen om machtige dingen te doen. Bid of de Here met onze steden wil zijn. En laten we vooral niet voor onze missie op de vlucht slaan. |