Bijbels Beesten ABC

Z van Zwijn

“Eet geen vlees dat van zwijnen afkomstig is en raak hun kadavers niet aan. Ze gelden voor jullie als onrein.”

Leviticus 11 vers 7

Z van ZwijnDit is de laatste aflevering van het Bijbels Beesten ABC. We ontmoeten vandaag het minst populaire dier uit de Bijbel: het Zwijn.

Niemand komt graag in een zwijnenstal. Je wordt er al snel een vies varken van. Toch vind jij het vast niet raar wanneer je iemand op de kinderboerderij een zwijntje ziet aaien. Tamme zwijnen zijn hele lieve en slimme dieren. Al maakt dat gerol in de modder hen wel wat minder fris.

Toch moesten de mensen uit de tijd van de Here Jezus niets van zwijnen hebben. Het ergste beroep dat je kon krijgen was dat van varkensboer. Misschien ken je het verhaal van de verloren zoon. Hij moet op een gegeven moment voor varkens zorgen – iets waar hij zich voor schaamt. En dat is niet voor niets. Zwijnen zijn vies. Ze eten het vuilnis op. Ze rollen in de modder. Bovendien heeft de Here God zelf verboden om varkensvlees te eten. Varkens zijn niet rein. Om die reden willen veel Joden en moslims ook vandaag nog geen varkensvlees eten.

Het eten van varkensvlees is voor christenen niet meer verboden. Er zijn wel mensen die geloven dat varkensvlees niet zo gezond voor je is. Nou ja, eigenlijk zijn levende zwijntjes ook veel leuker.

Wist je dat in de Bijbel spreekwoorden over varkens te vinden zijn? Eén is heel bekend, het is door de Here Jezus bedacht. Je vindt hem in Matteüs 6 vers 6. Een ander spreekwoord staat in 2 Petrus 2 vers 22. Wat zouden beide spreekwoorden betekenen?​

Scroll naar boven